Petrichor.3
01/09/2019 Art, Publications, Shop
I was invited to participate in the quarterly magazine of publisher Petrichor. Since this magazine is in Dutch, I’m guessing it’s mainly of interest for Dutch readers. If you can’t understand a word of what’s coming next, but would still like to know what’s up, please let me know and I’ll translate for you.
Deze editie van het kwartaalblad van uitgeverij petrichor staat in het teken van ‘verbeelding’. 12 prominenten uit de kunstwereld beschrijven hun favoriete kunstwerk zonder daarbij de naam van de kunstenaar of van het kunstwerk te noemen. Het is de lezer die geprikkeld wordt om zich een beeld te vormen aan de hand van teksten en één afbeelding. Oftewel: dit is de eerste (en wie weet laatste) petrichor met (bijna) alleen maar tekst.
Petrichor.3 bevat bijdragen van: Jaap Blonk, Mieke Conijn, Elvira van Eijl, Marten Heijs, Toine Horvers, Ton Kruse, Elise van der Linden, Harco Rutgers, Peter Sonderen, Esther Sprikkelman, Alex de Vries en Martin Walton.
Te bestellen via uitgeverijpetrichor.nl zolang de voorraad strekt.
Dit is de tekst die ik schreef.
Proof of concept
Instruction manual for the mind of the beholder
Op uitnodiging van petrichor heb ik mij aan het schrijven gezet over mijn favoriete kunstwerk. Een interessante uitdaging. Ik kan geen favoriet kunstwerk aanwijzen zo blijkt. En na veel schrijf- en schrapwerk heb ik hier alleen de een aantal keer gewijzigde werktitel laten staan. De rest was langdurig beneden de maat en ook over de titel twijfel ik nog steeds, maar ik wilde graag iets van de worsteling behouden.
Ik heb aanvankelijk geschreven over een aantal verschillende favoriete kunstwerken tegelijk, omdat ik niet kon of wilde kiezen, maar kwam daar niet goed uit. Gemene deler in de kunstwerken die ik hiervoor uitkoos is een hoofdrol voor ‘het conceptuele’. Werk wat wijd open blijft staan voor eigen interpretatie, een uitdaging voor zowel kunstenaar als beschouwer om iets ongrijpbaars eigen te maken. Werk wat niets voorkauwt tot een slap papje. Werk wat iets van je vraagt voordat het je naar binnen laat, wegblaast of afwijst. Maar of het nou ging om John Cage’s 4’33”, Rutger Zuydervelt’s Take A Closer Listen, de imaginaire architectuur van Lebbeus Woods, ‘Kunst is arrogant en dat willen we graag zo houden’ van de HuMobisten, Cathy van Eck’s Song No 3, een aantal werken van Dick Raaijmakers, Alvin Lucier, etc, etc… mijn eigen beschrijvingen ervan sloegen het werk hopeloos plat. Pure onkunde.
Tamelijk willekeurig heb ik vervolgens toch één kunstwerk geselecteerd om zoveel mogelijk overtollige taal te kunnen elimineren en mijn beschrijvingen minder algemeen te maken. Mijn keuze is gevallen op een werk wat ik alleen in conceptvorm ken en nog nooit daadwerkelijk heb gezien. Het is een boek wat minutieus beschrijft hoe een een door de schrijver bedacht muziekstuk klinkt, zonder bladmuziek te zijn. Het staat al een tijdje op mijn verlanglijstje, maar ik durf het nauwelijks aan te schaffen, omdat ik een beetje bang ben erdoor teleurgesteld te worden.
Nadat ik dit werk als enig overgebleven vertrekpunt had, stripte ik mijn teksten opnieuw van alle overbodigheid. Ik begon het gegeven dat ik een beschrijving probeerde te schrijven van een boek wat zelf ook alleen maar bestaat uit een beschrijving van een ander werk nu steeds aantrekkelijker te vinden. Lekker meta. Ook dat ik een kunstwerk beschreef wat ik zelf nooit heb gezien en waarvan ik alleen het concept ken, begon ik steeds meer te zien als een meerwaarde. Naarmate mijn tekst indikte, werd die poëtischer. Puur voor de vorm van de taal ontstonden er delen in het Engels en kwam er een tekst bovendrijven die ik eerder heb gebruikt in een van mijn eigen werken: ‘it hasn’t happened yet’. Een tekst in een zwarte leegte. Alles staat open. Het is nog niet gebeurd. Een teleurstellend feit of een belofte voor een begin? Is er op dit moment iets gaande, wat nog niet is voltooid?
Deze zin heeft een tijdje gefigureerd in verschillende versies van mijn teksten voor deze uitgave van petrichor, totdat ik me realiseerde dat ‘it hasn’t happened yet’ voor mij de essentie raakt. De volledige beschrijving van het hier door mij gekozen kunstwerk zou eigenlijk prima kunnen bestaan uit enkel deze zin, of zelfs uit mijn eigen kunstwerk. In mijn gedachtegang is een kristalheldere link ontstaan tussen beide werken en voelt deze ontdekking als een schoolvoorbeeld van serendipity. Maar zonder context is deze korte zin als beschrijving voor het door mij gekozen kunstwerk waarschijnlijk wat al te summier en hermetisch.
Zo oordeelde ook de redacteur van petrichor.
It hasn’t happened yet.